Op 18 december jongstleden is onze collega Hennie Walraven overleden
na een ziekbed van 3 maanden. Hieronder staat een overdruk van het
artikel dat De Nuenense Krant in 2016 (nr 12) aan haar
wijdde.
Hennie Walraven over massagraven Guatemala
Van emotie tot schilderij tot gedicht
Interview en foto's van het schilderij:
Frans Lammerts
Tijdens een thema-avond van de parochie Heilig Kruis presenteerde
afgelopen donderdag Hennie Walraven, actief binnen de Stichting
Nuenen-Guatemala, het schilderij en de gedichten die zij maakte op
basis van de emotionele indrukken die zij opdeed tijdens een bezoek
aan het Midden-Amerikaanse land.
Op gezette tijden is er in de pastoriehuiskamer van de H. Clemenskerk
in Nuenen een vesperviering met aansluitend een thema-avond,
bijgewoond door circa 20 mensen. Afgelopen donderdagavond was er een
presentatie in woord en beeld over de parochie Tucurú in het hoogland
van Guatemala, waarmee de parochies van Nuenen sinds 2010 een
uitwisselingsproject hebben ter ondersteuning van de Mayabevolking in
hun ontwikkeling. In dat kader presenteerde Hennie Walraven het
wordingsproces van haar schilderij en gedicht. We spraken haar
daarover vooraf thuis.
Groepsreis
'Ik hield altijd al van reizend kennis maken met andere culturen. Toen
de parochie in 2012 een oproep plaatste om onder meer een bezoek te
brengen aan haar zusterparochie in de Guatemalteekse gemeente Tucurú,
besloot ik mee te gaan. We gingen met zijn achten. De reis was sowieso
al indrukwekkend, met mooie contacten met de Mayabevolking. Maar op
een gegeven moment kwamen wij in het plaatsje Cobán in een museum met
indrukwekkende foto's van mannen die verdwenen waren in de
burgeroorlog tussen 1960 en 1996, die aan honderdduizenden Maya's het
leven kostte. Vanuit dat museum trokken we naar een militair terrein
waar men bezig was met openleggen van massagraven om DNA te
achterhalen.'
Confrontatie
'En toen stonden we daar ineens in die kuilen te kijken. Heel
confronterend, terwijl je er tegelijkertijd niets mee kunt. Er
gebeurde iets raars met mij: net of ik de stemmen van die monddood
gemaakte mensen hoorde: wat ze nog hadden willen zeggen. Over het
leven dat hun ontnomen was. Die moest ik een stem geven, voelde ik
later. En hoewel ik normaliter weinig schilder, besloot ik dat vorm te
geven in een schilderij.'
Wordingsproces en de verwoording
Dat werd een heel wordingsproces. Van elke fase daarin maakte Hennie
foto's. 'Alles bij elkaar ben ik er een jaar mee bezig geweest. Toen
het klaar was, was ik rustig: meer kon ik toch niet meer doen. Maar
daarna vormde zich als vanzelf in mijn hoofd onbedwingbaar een
gedichttekst. Dat gedicht heeft, mét de foto's van het schilderproces,
een plaats gevonden in een boekje waarvan ik er overigens maar een
paar heb gemaakt. Die heb ik gewoon de wereld ingestuurd. Ik kijk wel
wat ermee gebeurt.'
Het gedicht
Dan leest Hennie haar gedicht voor, één tekst in vier delen. Het
emotioneert haar nóg. Enkele delen daaruit:
gelaten onderga ik het zicht
niet bevattend, niet begrijpend
onwezenlijk - maar vóór me ligt
toch het bewijs? bewijs waarvan?
dode levens: vaders, moeders,
kinderen zelfs, mannen, vrouwen,
weggerukt, verdwenen, gesmoord,
onwerkelijk, onwezenlijk.
opstaan, verder gaan
in de kracht van mijn hart
spreek, desnoods preek,
maar geef
een naam of spreek een woord.
de verstomde stem
(…)
moet worden gehoord.
sterker dan de macht die de stem
verstilde is de ziel van de aarde
die deze mensen bewaarde
de doden spreken en ik?
ik doe een poging te luisteren
naar hun stem en te verwoorden
wat men niet wilde horen.
De tekst past goed bij de dag van
morgen, Goede Vrijdag - ook los
van de christelijke connotatie,
een dag om stil te staan bij lijden,
onderdrukking, vervolging, sterven,
rouw.